Ik
hoorde wat kraken
’t was een deur
half in het slot
die was
geraakt
door een zuchtje tocht
en ‘k dacht
‘k
moet het raam
maar sluiten
en keek daarbij
naar buiten
‘k
zag een
rustige nacht
’t zwart was doorbroken
door
sterrenpracht
bomen wiegden zacht
een briesje
speelde
met de gordijnen
en ik dacht
‘k laat het raam
maar
open
het is geen storm
maar enkel een zucht
die de
deur liet kraken
waarvan ik gisteren
de scharnieren al wou
smeren
Geen opmerkingen:
Een reactie posten